Momenteel heeft de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit toestemming gegeven voor het gebruik van 3 blauwtong vaccins (type 3). Deze vaccins hebben echter nog geen handelsvergunning, dus volgens de wet zijn de firma’s ook nog niet verantwoordelijk voor de diergeneesmiddelenbewaking (farmacovigilantie). Daarom moeten de vermoedelijke bijwerkingen gemeld worden bij de minister, met andere woorden: het Bureau Diergeneesmiddelen (BD). Dit kan via het formulier op de website van het agentschap College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (aCBG). Het Bureau Diergeneesmiddelen (via de Commissie toelating diergeneesmiddelen) analyseert dan of de baten-risico balans voor het gebruik van het vaccin nog steeds positief is.
Aangezien de informatie die voortvloeit uit de meldingen ook van belang is voor de farmaceutische firma’s, zal het BD je dan benaderen met de vraag of jouw persoonsgegevens mogen worden gedeeld met de firma. Zo kan de firma je benaderen voor nadere informatie (bijvoorbeeld sectie of laboratoriumonderzoek, indien van toepassing). Als je niet wil dat de persoonsgegevens met de firma gedeeld worden, zullen eventuele vragen van de firma en jouw antwoorden via het BD lopen.